Skip to content

Mijn tuintje

Mijn tuintje

Helaas heb ik geen groene vingers, maar gelukkig ook geen grote tuin, dat scheelt.  Ik kijk vaak jaloers naar andere tuintjes, met nette perkjes, keurig gesnoeide hagen en geen onkruid te bekennen. Dan kijk ik naar mijn tuin: een allegaartje van planten , waar zevenblad, heermoes en paardenbloemen welig tieren tussen de ontplofte vrouwenmantel. Geen goed visitekaartje voor de gestructureerde alles-onder-controle-vrouw die ik wil zijn. Met mijn handen in de klei trek ik het onkruid weg.
 
Dan komt mijn nieuwe buurvrouw naar buiten.  “Mooi, hè, die paardebloemen? Ik heb besloten ze te laten staan.”
 
Ineens voel ik ruimte, ruimte om anders te kijken naar mijn tuin:
Dat zevenblad schijnt het goed te doen in salade of pastasaus, ik ga het koesteren (en opeten, natuurlijk). En die vrouwenmantel is een prachtige schuilplaats voor diertjes, ik laat het lekker woekeren.  
 

Zevenblad in de salade en paardenbloemenlimonade. Onkruid bestaat niet!

Van de paardebloemen maak ik limonade en ik besluit dat onkruid niet meer bestaat, behalve op de momenten dat ik zin heb om mindfull heermoes te plukken. Ik voel me ineens geen slaaf meer van mijn tuin. 
 
Tot mijn schrik zie ik daar, in de tuin, een buxusmot. Als een gek snoei ik alles wat rupsenspinsel zou kunnen zijn, uit mijn buxushaag. Sorry, spinnen, grote kans dat het jullie bouwsels waren… Ik duim ervoor dat onze heg gespaard blijft, want ongedierte bestrijden met andere middelen dan handwerk, kan ik nu eenmaal niet.
 
MARTINE

Foto header: Taryn Elliott via Pexels

Bekijk ook deze berichten: